Transactionele analyse, de technieken

Buiten de vier modellen kan de counselor ook gebruik maken van de volgende technieken:

Ų Hulpverleningscontract: een gedetailleerd contract tussen de cliėnt en de counselor over de verantwoordelijkheden en de aandachtspunten waaraan gewerkt gaat worden;

Ų Ondervraging: het aanspreken van de cliėnt in de volwassen egopositie tot dat de cliėnt ook vanuit de volwassen egopositie gaat praten. het is een confronterende gesprekstechniek;

Ų Specificeren: het (h)erkennen van de egopositie die een bepaalde transactie heeft geinitialiseerd. Specificeren dient plaats te vinden vanuit de volwassen egopositie;

Ų Confrontatie: de counselor benoemt incongruente gedragingen of opmerkingen van de cliėnt;

Ų Uitleg: de counselor legt de cliėnt Transactionele analyse begrippen en principes uit. Dit gebeurt steeds vanuit de volwassen egopositie;

Ų Ter illustratie: de counselor vertelt ter verduidelijking een verhaal dat meestal een komische noot heeft. De cliėnt dient zowel in het kind- als in de volwassen egopositie te worden aangesproken;

Ų Bevestiging: de counselor wijst de cliėnt erop dat hij oud gedrag vertoont;

Ų InterpREBTatie: de counselor legt aan de cliėnt (kind egopositie) uit wat de redenen zijn zoals de cliėnt handelt zoals hij handelt. Alleen te gebruiken wanneer de persoon beschikt over een ineffectieve volwassen egopositie;

Ų Uitkristalliseren: volwassen transacties tussen de cliėnt en de counselor, waarbij de cliėnt gewaar wordt van de individuele psychologische spelen die hij speelt. De cliėnt kan kiezen of hij het psychologische spel opgeeft of niet.

De meeste technieken van de Transactionele analyse bestaan uit een combinatie van vragen, confronteren en het zoeken van de dialoog.