Macht, wetten van macht

In 1998 is voor het eerst het boek: "De 48 wetten van de macht", verschenen. Het boek is geschreven door Robert Greene en Joost Elffers. In het boek beschrijven de auteurs 48 universele en tijdloze wetten hoe macht te gebruiken ten gunste van jezelf.

Wet 1: 'Overschaduw nooit uw meerdere';

Wet 2: ‘Vertrouw niet teveel op vrienden, gebruik uw vijanden’;

Wet 3: ‘Houd uw ware bedoelingen strikt geheim’;

Wet 4: ‘Zeg altijd minder dan nodig is’;

Wet 5: ‘Van uw reputatie hangt veel af: verdedig uw reputatie!’;

Wet 6: ‘Vestig ten koste van alles de aandacht op uzelf’;

Wet 7: ‘Laat de ander naar u toekomen, gebruik desnoods een lokaas’;

Wet 8: ‘Winnen doet u met daden, nooit met woorden’;

Wet 9: ‘Blijf uit de buurt van wie ongelukkig is of altijd pech heeft’;

Wet 10: ‘Maak mensen van u afhankelijk en houd dat zo’;

Wet 11: ‘Ontwapen uw slachtoffer met selectieve eerlijkheid en edelmoedigheid’;

Wet 12: ‘Dwing meer respect af door er niet te zijn’;

Wet 13: ‘Houd anderen in spanning; creëer een sfeer van onvoorspelbaarheid’;

Wet 14: ‘Bouw geen vestigingsmuren om u heen: isolement is levensgevaarlijk’;

Wet 15: ‘Weet met wie u te maken hebt: kwets niet de verkeerde persoon’;

Wet 16: ‘Bind u aan niemand’;

Wet 17: ‘Sukkels vangt u met sukkels: doe u dommer voor dan uw doelwit’;

Wet 18: ‘Pas de overgavetechniek toe: zet onmacht om in macht’;

Wet 19: ‘Bundel uw krachten’;

Wet 20: ‘Speel de volmaakte hoveling’;

Wet 21: ‘Herschep uzelf’;

Wet 22: ‘Treed doortastend op’;

Wet 23: ‘Overweeg en heroverweeg alles tot en met de laatste stap’;

Wet 24: ‘Wek de indruk dat alles u moeiteloos afgaat’;

Wet 25: ‘Zoek voor de ander de duimschroef die hem past’;

Wet 26: ‘Bekwaam in de kunst het juiste ogenblik te kiezen’;

Wet 27: ‘Denk wat u wilt, maar gedraag u als de anderen’;

Wet 28: ‘Roer in het water als u vis wilt vangen’;

Wet 29: ‘Treed niet in de voetsporen van een illustere voorganger’;

Wet 30: ‘Bewerk hart en geest van de mensen’;

Wet 31: ‘Predik de noodzaak tot verandering, maar hervorm niet teveel ineens’;

Wet 32: ‘Wek nooit de schijn volmaakt te zijn’;

Wet 33: ‘Schiet uw doel niet voorbij; weet van ophouden’.